De emmer der vernederingen

Als KunstGroepBrugge hebben we tot op heden 4 panden in tijdelijk gebruik gehad waar we tijdelijk ateliers konden aanbieden aan kunstenaars en dat telkens in gebouwen die tijdelijke leegstand kenden omwille van grote geplande verbouwingswerken.

Het eerste pand dat we huurden was in beheer bij een leegstandsbeheerder: een private firma die van de eigenaar de opdracht krijgt om een gebouw onder leegstandsbeheer te brengen. De leegstandsbeheerder zorgt dat er gebruikers in het gebouw komen die niet onder de “huurwetgeving” vallen, met gebruiksovereenkomsten die op korte termijn opzegbaar zijn en de “gebruikers” betalen daarvoor een vergoeding aan de leegstandsbeheerder. De eigenaar is zeker dat zijn gebouw niet “gekraakt” zal worden en kan een leegstandsheffing ontwijken. Als VZW hebben wij van zo’n leegstandsbeheerder een compleet kantoorgebouw gehuurd waarbinnen we dan zo’n 30 ateliers aan kunstenaars konden ter beschikking stellen. En dat tijdelijke gebruik was al bij al niet zo tijdelijk: uiteindelijk hebben we daar bijna 4 jaar ateliers kunnen aanbieden. Op zich was dat goed, maar wat ons ambeteerde was dat wij als VZW zo’n 2000 euro gebruikskosten moesten betalen aan de leegstandsbeheerder, kosten die we terug moesten recupereren op onze kunstenaars die een atelier huurden. Op het einde deed de VZW het volledige beheer van het gebouw, zorgden we dat gebruiksgelden geïnd werden, onderhielden we het gebouw als een goede huisvader, en daarvoor moesten we dus per maand 2000 euro betalen aan een leegstandsbeheerder die niks anders te doen had dan dat geld in eigen zak te stoppen.

Dat zette ons aan het denken: waarom kunnen wij niet zelf een overeenkomst met een eigenaar sluiten om leegstandsbeheer te doen ? Dan moeten we die 2000 euro per maand niet betalen en kunnen we dat geld ofwel gebruiken om een stuk personeelsinzet te betalen, ofwel de gebruiksvergoedingen die de kunstenaars betalen lager te houden, ofwel extra activiteiten te organiseren. Kortom we sparen nutteloze “middle-man” kosten uit.

De volgende drie gebouwen die we huurden hebben we dan ook steeds gehuurd aan de eigenaars zelf. We moesten wel een globale gebruiksvergoeding aan de eigenaars betalen (wat voor hen interessanter is, want bij een leegstandsbeheerder ontvangen ze niets) maar we hebben steeds een prijsafspraak kunnen maken waarbij de ateliers aan een betaalbare vergoeding ter beschikking konden gesteld worden.

We hebben dat tot op heden alleen kunnen onderhandelen met private eigenaars, we zijn er nooit in geslaagd dit overeen te komen met “een overheid”. We hebben daar nochthans verschillende pogingen toe gedaan, zowel met het stadsbestuur als met het OCMW van Brugge. Maar tot op heden is dat nooit gelukt. We hebben n.a.v. van het vormen van het nieuwe stadsbestuur aan elke politieke partij een nota bezorgd met de vraag om een actiever leegstandsbeheer als overheid te gaan voeren en dat enerzijds om faciliterend te werken t.o.v. private eigenaars maar ook om het leegstandsbeheer van overheidsgebouwen niet aan private leegstandsbeheerders over te dragen maar in eigen handen te houden. Zie http://kunstgroepbrugge.be/voorstel-voor-een-actief-beleid-voor-ruimte-voor-kunstenaars-in-brugge/

Een activeringsbeleid t.o.v. private eigenaars is er gekomen. Tenminste zolang het onder de noemer pop-up-stores valt: want we zijn toch wel een hippe stad …

Waar nog steeds geen enkele beweging is: het beleid rond eigen leegstaande gebouwen van de stad, het OCMW. We hebben ook daarover nota’s bezorgd aan het beleid, we hebben ooit eens een inventaris opgemaakt (zie http://kunstgroepbrugge.be/riennale-opening/). We grepen inderdaad de Triënale aan om actie te voeren om te vragen dat er ook ruimte moet zijn in Brugge voor kunstenaars en niet allen voor spektakelkunst. We zijn ondertussen ook al aan de volgende Triënale aanbeland …

We zijn nu dus 3 jaar verder en één van de gebouwen die we 3 jaar geleden al aanstipten als een leegstaand gebouw waar mogelijkheden voor atelierwerking waren, het rusthuis Sint-Clara, eigendom van OCMW Brugge dat op dat moment ook al een paar jaar leegstond, staat op dit moment nog steeds leeg.

En dan op een nietsvermoedende woensdagavond in april 2021 ontdekt een mens onderstaande klevers op het gebouw.

Dus opnieuw een overheidsgebouw dat al jaren leegstaat, waar we gevraagd hebben om daar tijdelijk ateliers in te huisvesten, dat opnieuw in beheer gegeven wordt bij een private vastgoedbeheerder die naar eigen vermogen daar zoveel mogelijk winst zal proberen op te maken. Opnieuw een gemiste kans om een beleid te voeren met tijdelijk gebruik.

En voor alle duidelijkheid: dat hoeft niet enkel voor kunstenaars te zijn. Misschien zijn er andere organisaties, sectoren die zinniger gebruik kunnen maken van dit gebouw dan het gebruiken als kunstenaarsateliers. En als het al nuttig is voor kunstenaars dan hoeft dat voor ons niet met KunstGroepBrugge te zijn: met De Tank heeft de stad ondertussen haar eigen organisatie die juist hetzelfde doet.

Gemiste kansen die zich blijven opstapelen, een punt 365 op de beleidsverklaring die dode letter blijft, dit ruikt eerder naar onwil.

De emmer is vol.